nl nl en en

Investeerders roepen om wereldwijde, bindende regelgeving voor plastic

Een internationale coalitie van bijna 30 institutionele beleggers, onder leiding van de Vereniging van Beleggers voor Duurzame Ontwikkeling (VBDO), heeft een brief gestuurd aan de leden van de High Ambition Coalition (HAC). De brief roept de HAC op om vast te houden aan een ambitieuze aanpak voor een robuust, effectief en juridisch bindend Global Plastic Treaty (GPT), waarvan de derde gespreksronde half november dit jaar van start gaat.

In maart vorig jaar vormden zo’n 60 VN-lidstaten een coalitie en onderschreven een historische resolutie tijdens de Milieuvergadering van de VN. De resolutie moet een einde maken aan de plasticvervuiling en een internationale, wettelijk bindende overeenkomst sluiten voor 2024. De High Ambition Coalition to End Plastic Pollution bestaat uit regeringen die zich hebben gecommitteerd aan het ontwikkelen van een bindende overeenkomst, op basis van een alomvattende en circulaire aanpak die zorgt voor urgente actie en effectieve interventies gedurende de gehele levenscyclus van kunststoffen, inclusief ontwerp, productie en verwijdering.

De door de VBDO geleide groep investeerders, roept in een brief aan HAC regeringsvertegenwoordigers op om ambitieus te blijven tijdens de onderhandelingsronde van het Global Plastic Treaty op 13 november. In de groep zitten partijen als ASN Impact Investors, Cardano en Legal & General Investment Management. Ze roepen de coalitie op om een juridisch bindend, geharmoniseerd verdrag met wereldwijde maatregelen te blijven steunen. De investeerders wijzen op de noodzaak om iets te doen aan de groeiende hoeveelheden plastic die aan de bron worden geproduceerd en benadrukken de noodzaak van maatregelen die de productie van plastic stroomopwaarts aanpakken. Ze benadrukken ook de groeiende interesse van bedrijven en investeerders in nieuwe leveringsmodellen om plastic verpakkingen te verminderen, waaronder hergebruik, en benadrukken de behoefte aan een robuust kader om kapitaal te mobiliseren voor deze oplossingen.

De brief volgt op de publicatie van een beleggersverklaring over plasticgebruik en -verbruik in mei 2023, die ongekende steun kreeg van de beleggersgemeenschap en ondertekend werd door beleggers met samen ruim $10 biljoen aan beheerd vermogen. De verklaring was gericht aan grote fast moving consumer goods (FMCG) bedrijven en retailers, en riep op tot meer ambitie en versnelde actie van deze bedrijven, inclusief het committeren aan een absolute vermindering van het gebruik van wegwerpplastics, het aanpakken van gevaarlijke chemicaliën in hun toeleveringsketen en steun voor ambitieus beleid op dit gebied. Daartoe riepen de investeerders bedrijven op om zich aan te sluiten bij de Business Coalition for a Plastics Treaty en te pleiten voor maatregelen om productie en consumptie te verminderen en hergebruik te stimuleren. De investeerders benadrukten de financiële risico’s die deze sector – en zijn investeerders – lopen door de aanhoudend grote afhankelijkheid van plastic voor eenmalig gebruik.

Angélique Laskewitz, uitvoerend directeur van de VBDO voegt hieraan toe: ‘Het Wereldverdrag inzake Kunststoffen is een beslissende en historische kans om de kunststofcrisis aan te pakken. Er is een sterk en robuust regelgevend kader nodig, waarvoor zowel regeringen als bedrijven hun steun moeten tonen. Alleen als er effectieve maatregelen zijn om de impact op het milieu te verminderen, kunnen de financiële risico’s waaraan bedrijven en hun investeerders worden blootgesteld op de juiste manier worden beheerd.

In de brief wordt ook bezorgdheid geuit over het feit dat bedrijven aanzienlijke en toenemende financiële risico’s lopen als ze er niet in slagen hun afhankelijkheid van plastic voor eenmalig gebruik en de ernst van de gevolgen daarvan voor het milieu te verminderen. Tessa Younger, Stewardship Lead Environment, van CCLA Investment Management: ‘Het is inmiddels overduidelijk dat we het tij niet kunnen keren met betrekking tot de gevolgen voor het klimaat, de vervuiling en de maatschappij van de groeiende hoeveelheden plastic die worden geproduceerd, zonder actie te ondernemen aan de bron. Daarom benadrukken wij het belang van het opnemen van upstream maatregelen tegen plasticvervuiling in het verdrag, om plasticvervuiling aan de bron te verminderen en klimaatdoelstellingen te behalen.’

Laskewitz benadrukt: “Steun voor wettelijk, bindende maatregelen mag bedrijven er niet van weerhouden om op korte termijn actie te ondernemen en leiderschap te tonen om dezelfde doelen te bereiken.’