nl nl en en

VBDO: Pensioenfondsen doen te weinig aan bestrijden dwangarbeid

Dwangarbeid is op papier een belangrijk thema voor de meeste pensioenfondsen, zo blijkt uit onderzoek van de Vereniging van Beleggers voor Duurzame Ontwikkeling (VBDO). Maar vrijwel geen enkel fonds laat zien wat het doet om dwangarbeid tegen te gaan, stelt onderzoeker Hester Holtland.

U concludeert dat het thema dwangarbeid weliswaar belangrijk is voor pensioenfondsen…

‘Ja, meer dan de helft van de veertig grootste pensioenfondsen zegt het onderwerp dwangarbeid mee te wegen in hun duurzame beleggingsbeleid. Ze laten weten dat het een reden kan zijn om niet te beleggen in bedrijven of om een dialoog te beginnen met een onderneming.’

Maar dat ze er vervolgens weinig mee doen.

‘We weten het simpelweg niet. Er zijn nauwelijks voorbeelden van fondsen die bedrijven aanspreken op dwangarbeid omdat de onderzochte pensioenfondsen niet specifiek rapporteren over hun inspanningen op dit gebied. Meestal valt het onder het thema arbeidsrechten, waar ook zaken onder vallen zoals arbeidsomstandigheden, een behoorlijke loon en recht op vakbondsvrijheid. Als pensioenfondsen wel zouden rapporteren over dwangarbeid zouden ze meer invloed kunnen uitoefenen.’

Hoe groot is het probleem?

‘De International Labour Organisation schat dat 25 miljoen mensen onder dwang werk verrichten. Dwangarbeid is lastig op te sporen omdat het op allerlei manieren wordt verhuld. Denk aan migranten van wie het paspoort wordt afgenomen. Zelfs voor een bedrijf zoals Tony’s Chocolonely is het moeilijk te garanderen dat alle cacao is geoogst zonder de inzet van slaven. Vormen van slavernij komen vooral voor in arbeidsintensieve sectoren zoals de landbouw, de bouw, de detailhandel, de textielindustrie en de mijnbouw.’

Hester Holtland. Beeld VBDO

Hoe kunnen pensioenfondsen iets ondernemen tegen dwangarbeid als het zo moeilijk te traceren is?

‘Pensioenfondsen kunnen als aandeelhouders meer openheid eisen van bedrijven over de manier waarop die bij hun toeleveranciers controleren op arbeidsomstandigheden. Nu is dat vaak alleen bij de directe toeleveranciers. Bedrijven moeten verder in de keten ook zicht krijgen op schendingen van mensenrechten.’

Waarom doen pensioenfondsen nog zo weinig?

‘Veel pensioenfondsen noemen gebrek aan informatie als belangrijkste reden. Maar er is bij vakbonden en ngo’s veel kennis over dwangarbeid. Daar kunnen pensioenbeleggers meer gebruik van maken. Een andere informatiebron zijn de arbeiders zelf. Die kunnen via een app genaamd Ulula schendingen van arbeidsrechten melden.’

Een enkeling geeft wel het goede voorbeeld. Zo gaat het pensioenfonds voor de schoonmaakbranche in gesprek met een bedrijf zodra het vermoeden bestaat dat bij toeleveranciers sprake is van dwangarbeid. Maakt zo’n bedrijf er vervolgens geen werk van, dan is een uiterste maatregel de verkoop van beleggingen. Dat werkt, stelt het fonds. Zo heeft agrarisch bedrijf Wilmar, dat onder vuur ligt vanwege de arbeidsomstandigheden op de palmolieplantages, maatregelen genomen. Er is een onafhankelijke klachtencommissie in het leven geroepen en er komen kluisjes waar arbeiders hun paspoort kunnen bewaren.

Hoe gaan buurlanden om met deze problematiek?

In het Verenigd Koninkrijk bestaat sinds 2014 bijvoorbeeld de Modern Slavery Act. Die verplicht grotere bedrijven te rapporteren over hun beleid om dwangarbeid te voorkomen. Hierdoor is er veel meer aandacht gekomen voor dit onderwerp in Groot-Brittannië en weten beleggers meer over het beleid van Britse bedrijven.’

De samenleving stelt steeds meer eisen aan beleggingen van pensioenfondsen, die moeten duurzaam en eerlijk zijn. Dwangarbeid heeft kennelijk geen prioriteit. Gaan ze hier wel meer aan doen?

‘Ik verwacht van wel. Ook bij internationale organisaties zoals de G20 en de VN is meer aandacht gekomen voor dwangarbeid. Pensioenfondsen kunnen gebruik maken van dat momentum en aanhaken bij bestaande initiatieven.’

Moeten pensioenfondsen bedrijven die betrokken zijn bij dwangarbeid boycotten of met die ondernemingen gaan praten?

‘Wij hebben de voorkeur voor een dialoog. Dan heb je meer invloed als belegger dan wanneer je de aandelen verkoopt. Het is wel zaak dat dat het pensioenfonds een duidelijke einddatum vaststelt. Als een bedrijf na bijvoorbeeld drie jaar nog steeds onvoldoende heeft gedaan om dwangarbeid tegen te gaan, moet het worden verkocht.’